Elbert Jacobs Wit
Elbert Jacobs Wit,
geb. op 24-02-1686 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 24-02-1686 te Huijsen.- Vader:
Jacob Tijmensz Wit, zn. van Tijmen Jansz Wit en Aeltje Elberts Slop,
geb. in 1660 te Huijsen; Koptienden Eerste: 1710-42,
Gereformeerde Gemeente,
Belijdenis Ger. Gem.: 26-03-1690; lidmaten 1691,
ovl. op 15-10-1716 te Huijsen; DTB-20; Koptienden Laatste: 1731-37,
begr. op 17-10-1716 te Huijsen; DTB-12-Begraven Impost: Pro Deo,
, -
JACOB TIJMENSZ WIT
Huizen Koptienden (1710-42 1731-37):
1710-42: v. weeskinders Tijmen Jansz Wit 1 cop
1731-37: op Jacob Claes Jongerden 3/4 cop
- op Zijmen Zijmensz 1/4 cop
-
Huizen-DTB-5A-Lidmatenregister; 26-03-1690: aangenomen op Belijdenis: Jacob Tijmonsen Widt en Marretien Cornelis; echteluijden
-
Huizen-DTB-18-Lidmaten-1691; -1698; Huijser Eijnden; Jacob Tijmensen Widt en Marretien ornelis; Echteluijden
-
ORA-184-3174; 29-01-1693: Aanstelling Jan Gerritsz de oude ??? en Jacob Tijmensz Wit als voogden over het kind van Jan Tijmensz Wit
-
ORA-184-3193A345; 27-02-1693: Gerrit Jansz d' Oude en Jacob Tijmensz Wit als voogden over 't weeskind van Jan Tijmensz Wit verklaarden verkocht en getransporteerd te hebben aan Aeltgen Elberts weduwe van wijlen Tijmen Jansz Wit zeker huis en
erf gelegen alhier naast de erfgenamen van Lambert Claesz Prins ten westen en Lambert Rutten Doorn ten Noorden, Item ontrent 4 / spint bouwland gemeen met Jacob Tijmensz Wit gelegen onder de bierwegh naest Tijmen Gerritsz Verwer ten zuiden voor
fl. 250
-
ONA-3714A017; 14-06-1693: Jacob Tijmensz Wit en Harmen Jacobsz wonende binnen Huijsen verklaarden op verzoek van Adriaan Lap wonende tot Weesp dat zij enige jaren buijrluijden geweest zijn van Tijmen Jacobsz zaliger in zijn leven gewoond
hebben in het huis van de requirant, dat Tijmen Jacobsz toendertijd ook de pomp uit de puit heeft doen halen en ook de vloer uit de kamer heeft gehaald en te gelde heeft gemaakt.
-
ORA-184-3175; 09-03-1698: Tot voogden over de nagelaten weeskinderen van Meijns Rutgersz verwekt bij Theuntgen Hendricks werden gestelt Jacob Tijmensz Wit en Rut Cornelis
-
Huizen-DTB-19-Lidmaten-1708; 't Huijser Ent, Jacob Tijmensz Wit en Marretien Cornelis
-
ONA-3722A019; 14-07-1708: Testament Haasje Fijtus huisvrouw van Jan Claesz wonende binnen Huijsen, rekening houdende met het Testament met haar man zaliger Gerrit Jansz de Oude gepasseert voor mij notaris op 01-01-1695. Jacob Tijmensz ofte
dessdelve erven in plaats van haar testatrices overleden neef Tijmen Jacobsz zaliger vader van Jacob Tijmensz zal een gelijke portie nevens de andere erfgenamen ontvangen. Verder zal Aaltie Cornelis huijsvrouw van Pieter Vergoes f 50,-
ontvangen nevens een bomesijme jack en dat het overige van haar erfportie getrokken zal worden bij haar zoon Teunis Pietersz Vergoes. Tevens wenst zij dat de portie die Hendrick Cornelisz Metselaer zal erven geadministreert wordt door Jacob
Tijmensz en Pieter Vergoes. Wijders wenst zij dat de erfportie van Claas Gijsbertsz Boutt na zijn overlijden toe moet vallen aan Grietien Jaap Boutsz of haar wettige erfgenamen. Tot voogden over haar na te laten minderjarige erfgenamen benoemt
zij Leendert Vergoes en Jacob Tijmensz.
Leendert Vergoes en Jacob Tijmensz zullen de administratie doen en daarbij rekening houden met de erfrechten die samenhangen met het overlijden van haar man zaliger Gerrit Jansz de Oude.
In presente van Pieter Reijn en Jacob Tijmensz Witt,
tr. op 29-04-1685 te Huijsen.